Wereld Diabetes Dag (WDD) is elk jaar op 14 november. Deze dag werd in 1991 door de Internationale Diabetes Federatie (IDF) en de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geïntroduceerd als reactie op de alarmerende toename van diabetes over de hele wereld.
Het doel van Wereld Diabetes Dag is aandacht en begrip vragen voor diabetes. De datum 14 november is gekozen omdat dit de verjaardag is van Frederick Banting, samen met Charles Best, aan de basis stond van de ontdekking van insuline in 1922. Dankzij deze ontdekking is diabetes geen dodelijke ziekte meer.
Wat is diabetes?
Diabetes is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door een verstoorde regulatie van het bloedsuikerniveau. Het lichaam kan de glucose niet effectief verwerken vanwege problemen met insuline, een hormoon dat de bloedsuikerspiegel reguleert. Er zijn twee hoofdtypen diabetes: type 1, waarbij het immuunsysteem de insulineproducerende cellen in de alvleesklier aanvalt en de persoon in kwestie afhankelijk wordt van externe insuline; en type 2, waarbij het lichaam onvoldoende insuline produceert of er niet effectief op reageert. Onbehandelde diabetes kan leiden tot ernstige complicaties, zoals hartziekten, nierproblemen en oogproblemen. Management omvat vaak medicatie, voedingsaanpassingen en regelmatige lichaamsbeweging. Deze laatste twee zijn uiteraard prioritair en kunnen, zeker bij diabetes type 2, vaak al uitkomst bieden.
Oorzaken van diabetes
Type 1
De exacte oorzaak van diabetes type 1 is niet volledig begrepen, maar het lijkt een combinatie te zijn van genetische aanleg en omgevingsfactoren. Het ontstaat meestal op jonge leeftijd, vaak in de kindertijd of adolescentie, maar het kan op elke leeftijd voorkomen. Het is niet gerelateerd aan levensstijlfactoren zoals dieet of lichaamsbeweging, in tegenstelling tot diabetes type 2.
Mensen met een familielid (ouder, broer, zus) met diabetes type 1 lopen mogelijk een iets verhoogd risico, maar het hebben van een familielid met diabetes type 1 garandeert niet dat iemand zelf ook diabetes type 1 krijgt. De ziekte lijkt ook te worden beïnvloed door omgevingsfactoren, zoals virale infecties, die mogelijk het immuunsysteem aanzetten tot het aanvallen van de insulineproducerende cellen.
Het is belangrijk op te merken dat diabetes type 1 niet kan worden voorkomen en dat het niet gerelateerd is aan levensstijlkeuzes. Mensen met diabetes type 1 hebben levenslange insulinebehandeling nodig om hun bloedsuikerspiegel te reguleren. Het beheer omvat ook het monitoren van de bloedsuikerspiegel, het aanpassen van insulinedoseringen en het handhaven van een gezonde levensstijl.
Type 2
Hoewel diabetes type 2 in sommige gevallen een genetische component kan hebben, wordt het in veel gevallen niet strikt door erfelijkheid bepaald. Veel factoren dragen bij aan het ontwikkelen van diabetes type 2, waaronder levensstijl, voedingsgewoonten, lichaamsbeweging en omgevingsfactoren. Niet alle mensen met een familiegeschiedenis van diabetes ontwikkelen zelf diabetes, en sommige mensen zonder bekende familiegeschiedenis kunnen toch diabetes ontwikkelen.
Levensstijlfactoren, zoals een ongezond dieet, gebrek aan lichaamsbeweging, overgewicht en obesitas, spelen een aanzienlijke rol bij het risico op het ontwikkelen van diabetes type 2. Deze risicofactoren kunnen worden aangepakt en gemodificeerd door gezonde levensstijlkeuzes, waaronder een gebalanceerd dieet, regelmatige lichaamsbeweging en gewichtsbeheersing.
Met andere woorden, terwijl genetische aanleg een rol kan spelen, is het niet de enige bepalende factor voor het ontstaan van diabetes type 2. Het is mogelijk om het risico op diabetes aanzienlijk te verminderen door een gezonde levensstijl te handhaven. Individuele gevallen kunnen variëren, en het is altijd verstandig om gezondheidsadvies in te winnen bij een professionele zorgverlener, vooral als er zorgen zijn over het risico op diabetes.
Enkele tips ter preventie:
Koolhydraatbeheersing: Beheers de inname van geraffineerde koolhydraten en suikers, zoals frisdrank, snoep en witte bloemproducten. Ze zorgen namelijk voor pieken in onze bloedsuikerspiegel. Kies in plaats daarvan voor volkoren granen, groenten en fruit. Deze producten bevatten veel vezels die bijdragen aan het stabiliseren van de bloedsuikerspiegel en eveneens belangrijk zijn voor een gezonde spijsvertering.
Vergeet de andere nutriënten niet: Onze voeding bevat naast koolhydraten ook nog 2 andere macronutriënten; namelijk vetten en eiwitten. Beide zorgen voor een vertraagde maaglediging, waardoor de koolhydraten uit onze maaltijd(en) trager worden afgegeven. Gezonde vetten zijn terug te vinden in bijvoorbeeld: olijfolie, avocado, noten, zaden en vette vis. Beperk de inname van verzadigde en transvetten (zoals in gebak, bewerkte vleeswaren, fastfood, palmolie, ...), die kunnen bijdragen aan insulineresistentie. Goede eiwitbronnen zijn mager vlees, vis, eieren, peulvruchten en zuivelproducten.
Portiecontrole: Let op de portiegroottes om overmatige calorie-inname te voorkomen. Dit helpt niet alleen bij gewichtsbeheersing, maar ook bij het handhaven van stabiele bloedsuikerspiegels. Individuele caloriebehoeften variëren volgens geslacht, lengte, gewicht, leeftijd en spiermassa.
Matig alcoholgebruik: Als je alcohol drinkt, doe dit dan met mate. Overmatig alcoholgebruik kan de bloedsuikerspiegel beïnvloeden en kan leiden tot gewichtstoename. Enerzijds zorgt alcohol voor een daling van onze bloedsuikerspiegel, wat honger in de hand kan werken en anderzijds bevat alcohol veel 'lege calorieën', calorieën die geen functionele meerwaarde hebben voor ons lichaam. Zo bevat één gram alcohol 7 kcal, terwijl dit voor eiwitten & koolhydraten slechts 4 kcal is. Vetten bevatten 9 kcal per gram.
Beweeg na de maaltijd: Lichaamsbeweging kan helpen bij het voorkomen van grote pieken in de bloedsuikerspiegel, die (voornamelijk) optreden na het eten van (koolhydraatrijke) maaltijden. Door te bewegen na een maaltijd stijgt de energieverbranding, waardoor de spieren meer glucose uit de bloedbaan halen om als brandstof te gebruiken. De opname van glucose door de spieren wordt dus gestimuleerd, waardoor de bloedsuikerspiegel na de maaltijd kan dalen. In het algemeen zorgt sport en lichaamsbeweging voor verhoogde insulinegevoeligheid en verbeterde insulineproductie. Al deze factoren helpen bij het verlagen van de bloedsuikerspiegel.
Comments